Waar ging het ook alweer om?
De vorige keer hebben we gezien, dat Ieue (Jahweh) aan de Israëlieten drie groepen van vastgestelde tijden (feesten) gaf om te houden: Lev.23 en Deut. 16:1-17
- In de eerste maand Nisan het Pascha, het Feest van ongezuurd brood én het Beweegoffer.
- Nadat er vijftig dagen zijn geteld: het Wekenfeest
- In de zevende maand Tisjri: de Dag van geschal, de Verzoendag en het Loofhuttenfeest.
Diverse betekenissen in de ‘feesten’
- Met deze vastgestelde tijden moest Israël zich herinneren hoe Ieue hen geleid had (bijv. uit Egypte – Pascha Ex. 12:14, of door de woestijn – Loofhuttenfeest). Lev. 23:43
- Later hield Israël deze feesten vanwege de eerste opbrengst van de oogsten van het land. Lev. 23:10,11; 23:16,17,20; 23:39,40
- Ook hebben ze toekomstige betekenis, vervulling in latere tijden, al is dat bij het volk zelf niet altijd bekend.
Kolossenzen 2:16,17 spreekt over: ‘… details van een feest of van een nieuwe maan of van sabbatten, die een schaduw zijn van hetgeen op het punt staat te komen.’ Vgl. Hebr. 10:1.
Een schaduw is niet het echte, maar wijst naar wat op het punt staat te komen.
We kijken naar het eerste ‘feest’: het Pascha met ook het Feest van het ongezuurde brood en het Beweegoffer. Wat hield het in, wat moest men zich herinneren? Wat deed/doet men met die eerste schoof van de (gerste)oogst? En zien we ‘schaduwbetekenissen’?
Het eerste Pascha.
Exodus 1 en 2 vertelt over het volk Israël in slavernij in Egypte. God riep Mozes en zijn broer Aäron om het volk te bevrijden. Farao weigert hen te laten gaan. Wanneer negen plagen door de hand van de Ieue over Egypte zijn gegaan, komt er nog één plaag, Ex.11 zodat Farao hen zal laten gaan.
Exodus 12:1-28 beschrijft het eerste Pascha: wat het volk moet doen, wanneer Hij hen bevrijdt. Wat hield dat Pascha in?
Het te slachten lam – Exodus 12:3-13.
Op de 10de Nisan, de eerste maand in de kalender, Ex.12:2,3 moest (in principe) elk huishouden een lam voor zich nemen dat volkomen was, zonder gebrek. Het werd bewaard tot de 14de Nisan. Een eventueel gebrek zou in die dagen blijken.
Het moment van slachten: het Hebreeuws zegt dat dit lam ‘tussen de avonden’ op de 14de geslacht moest worden.Ex. 12:6 Eind 13de bij zonsondergang begon deze dag, die eindigde tegen de volgende avond, begin 15de. ‘Tussen de avonden’ wijst daar misschien naar: van avond tot avond. Later meer.
In elk geval gebeurde het slachten op de 14de. Naar Deuteronomium 16:6 tegen de avond, dezelfde tijd dat Israël uit Egypte trok. Het bloed smeerde men aan beide deurposten en aan de bovendorpel van het huis.
Diezelfde nacht moest men het vlees gebraden eten, met ongezuurde broden en bittere kruiden. Niets mocht overblijven. Geen been mocht gebroken worden. Ex. 12:46
Een vreemdeling, een niet-besneden slaaf of een ingehuurde mocht er niet van eten. Ex.12:43-45
In Egypte werden alle eerstgeborenen van mens en van dier die nacht gedood. Ex. 12:12,13,29 Alleen bij huizen waar het bloed was gesmeerd, werden de eerstgeborenen gespaard en ging de slag, die Ieue over Egypte bracht, voorbij.
Het Feest van ongezuurd brood
Exodus 12:17-20, Leviticus 23:6-8.
Vanaf de 15de Nisan (zonsondergang eind 14de) moest Israël zeven dagen lang ongezuurd brood eten tot de avond van de 21ste. Onthoud dat op deze eerste dag van het ongezuurde brood en op de 7de dag een heilige bijeenkomst was. Dit zijn sabbatten, die jaarlijks gehouden moe(s)ten worden. Niemand mocht enig (dienst)werk doen, Ex. 12:16; Lev. 23:7 alleen klaarmaken wat door ieder gegeten werd. Jaarsabbatten vallen regelmatig doordeweeks, zoals bij ons kerstdagen zowel in het weekend als doordeweeks kunnen vallen.
Het Beweegoffer
Leviticus 23:10-15
Zodra Israël in het land Kanaän kwam, kon men offers brengen van de oogst van het land. Hierdoor werd een nieuw schaduwbeeld toegevoegd.
Vers 11: op de dag na de sabbat – de jaarsabbat van 15 Nisan vs.6,7 – moest het volk een eerste schoof van hun oogst naar de priester brengen, die deze dan voor Ieue beweegt. Het Beweegoffer moet bewogen worden voor jullie welgevallen. vs.11 Op die dag moest men verder een brandoffer van een eenjarig mannelijk volkomen lam brengen, plus een geschenk van meel met olie vermengd, met een plengoffer van wijn. Dit offer werd op de 16de Nisan aangeboden.
Vers 15: vanaf de dag na de sabbat, (dat is vanaf het Beweegoffer) moest men tellen naar het Wekenfeest toe.
Om de vervulling van deze vastgestelde tijden te ontdekken, lezen we o.a. ook in de Griekse Schrift (NT), want schaduwen verwijzen vaak naar onze Heer Jezus.
De Heer Jezus, het Lam van God.
Dat het jaarlijks geslachte lam naar Jezus verwees wordt duidelijk:
- Johannes 1:29 zegt, dat Jezus het Lam van God is, dat de zonde van de wereld wegneemt.
In 1Korinthe 5:7 staat: ‘… jullie zijn immers ongezuurd! Want ook ons Paaslam[lett.: Pascha], Christus, werd voor ons geslacht.’ - Misschien stond in de tekst van Exodus 12:6 wel ‘tussen de avonden’, zodat de Heer aan het begin van de 14de Nisan eerst Zelf met Zijn discipelen het Pascha kon eten, Matth. 26:17-20 om daarna gevangen genomen te worden en Zelf als het ware Lam te worden geslacht – naar Deuteronomium 16:6 tegen de avond, wanneer de zon ondergaat.
- In Hem kon geen gebrek gevonden worden, zoals bijv. de overpriesters, oudsten, de raad en Pilatus moesten getuigen: zij vonden in Hem niets dat de dood verdiende. Mat. 26:59; Luc. 23:4,14,15,22.
- Jesaja 53:7 en Handelingen 8:32-35 tonen Hem als een schaap tot slachting geleid, dat Zijn mond niet opent. Voor Pilatus antwoordde Hij niets op beschuldigingen. Mat. 27:12-14
- Geen been werd van Hem gebroken, Joh. 19:31-33
- De Heer stierf op de 14de Nisan, net zoals het geslachte lam.
De 14de heette in Zijn tijd ook de Voorbereiding, of de Voorsabbat. Marc. 15:42; Matth. 27:62
De 15de was de jaarsabbat, de eerste dag van het feest van het ongezuurde brood. Deze belangrijke sabbat werd groot genoemd. Joh. 19:31
In het sterfjaar van de Heer viel de jaarsabbat niet samen met de weeksabbat. Op deze dag mochten de vrouwen het lichaam van de Heer absoluut niet verzorgen (de sabbat was groot.) Op de dag daarna, de gewone weeksabbat, gingen de vrouwen naar het graf.
In diverse vertalingen staat, dat Maria op de eerste dag van de week naar het graf ging, bijv. in Johannes 20:1, maar de Griekse tekst zegt, dat zij dit op één van de sabbatten deed. Uit meer teksten blijkt dat in dat jaar twee sabbatten direct na elkaar vielen: de jaarsabbat en daarna de weeksabbat. Om dat goed te bestuderen is vervolgstudie nodig. Dus:
- De Heer werd als Lam op de 14de gekruisigd en stierf.
- Op de 15de was het de eerste dag van het Feest van het Ongezuurde Brood. Dit was een grote jaarsabbat.
- Op de 16de moest het Beweegoffer aangeboden worden en was het dát jaar ook een weeksabbat.
Dit is de dag waarop de Heer opstond.
De Heer Jezus, het ongezuurde Brood
- Tegelijk is Hij het Brood van het leven, dat uit de hemel is neergedaald; Joh. 6:33,35,41,51,58 ongezuurd, dat is: zonder zonde.2Kor. 5:21; 1Kor. 5:7,8
De Heer Jezus, het Beweegoffer
- Hij werd aan Vader gepresenteerd als eerste schoof, als Beweegoffer. De Schrift zegt over Hem, dat Hij de Eersteling is van hen, die ontslapen zijn. 1Kor. 15:20-23; Rom. 11:16
Nadat de eersteling aangeboden is zal meer oogst volgen. (Het moeten tellen tot het Wekenfeest heeft anders ook geen zin.) Vgl. Deut. 16:9,10
Eersteling van hen die ontslapen zijn, betekent dat de grote oogst zal volgen. Die wordt in 1Korinthe 15:22 genoemd:
Want evenals in Adam allen sterven, zo zullen ook in Christus allen levend gemaakt worden (…)! | Eig.Vert. |
Hij is het Lam van God dat de zonde van de wereld wegnam; Hij is het ongezuurde Brood, het Brood van het leven; Hij is de Eersteling van hen die ontslapen zijn.
De oogst zál bij Vader binnenkomen! Wat een uitzicht voor de toekomst! Wat een geweldige schaduwen!
Misschien heeft Israël ogen gekregen om (nu) niet te zien, oren om niet te horen.
Maar door hun krenking is de redding tot de heidenen gekomen. Ook voor Zijn volk gelden geweldige beloften.
Hem, de alleen wijze God, door Jezus Christus,
Hem zijde heerlijkheid in de eonen. Amen!