Een gemeenschap zijn, samen, in de dingen van de geest is een van de dingen die een vreugde zijn voor gelovigen. We zouden dat graag met alle mensen willen delen.
Maar de dingen die met God te maken hebben, zijn voor hen verborgen. Zij leven en wandelen in deze wereld in totale onwetendheid als het om de dingen van God gaat.
Paulus schrijft regelmatig in zijn brieven: “Ik wil niet dat jullie onwetend zijn, broeders.”
Gelovigen hebben de geest uit God ontvangen, opdat zij zouden weten wat God hen in genade schenkt.1Cor. 2:12 Ons onthult God dat door Zijn geest. Dat Gods geest in gelovigen woont, maakt het verschil uit met de rest van de mensheid.
Daar zij die geest missen, kunnen zij niet waarnemen wat van God is. “Horende horen zij, maar zij begrijpen het niet.”
God heeft ons echter een toedeling van Zijn geest gegeven, en door die geest onthult Hij ons dat wat bij Hemzelf hoort.
Kunnen wij beginnen iets te beseffen van wat voor grote gunst en zegen God ons toebedeelt? Dit is een groeiproces, toch mogen wij dat nu al weten.
Wij hebben deze gunst ontvangen, niet door iets in onszelf, waardoor God ons wel de voorkeur moest geven; het is veel eerder Zijn eigen keuze, die met Zijn voornemen overeenstemt.
Dit is soms lastig te begrijpen. Toch brengt het vreugde in ons hart, wanneer we ons deze waarheid realiseren, dat God het was, niet wijzelf, Die ons bracht in deze bevoorrechte positie. Het is geheel en al ‘uit God’ en dat geeft in ons hart de dankbaarheid aan God. Wij eren God voor onze redding en roemen niet in onszelf. Alles is uit God. En dus ontvangt Hij de eer en de verheerlijking.
Gods woord
Gods woord is een harmonieus geheel. Wanneer we dat woord nauwkeurig lezen en bestuderen, zien we, dat alles volledig in elkaar past. Er zijn geen tegenstrijdigheden. Het is geen mysterie dat we in blind vertrouwen moeten aanvaarden, omdat we niet in staat zijn het te begrijpen.
Wij mogen de zekerheid hebben dat we het begrijpen. Daarin kan ons hart tevreden rusten. Als er al ‘moeilijk te begrijpen dingen’ zijn, dan ligt dat aan ons, niet aan het Woord.
Aan een ieder van ons is een stukje inzicht gegeven dat in harmonie met ons hart zal zijn. Wij hoeven geen (ver)hard hart te hebben om in staat te zijn de onthullingen van God en Zijn voornemen te accepteren.
Alles is uit God
Velen vinden het moeilijk de waarheid aan te nemen, dat alles uit God is, en dat het in Zijn genade is, dat Hij ons zulke gunsten schenkt. Maar wanneer zij zien wat de glorieuze bestemming is, die Hij in petto heeft voor heel de mensheid, verdwijnen de problemen.
Hoewel God het privilege heeft om te doen wat Zijn hart verlangt, heeft Hij ons niet op onrechtvaardige wijze in genade uitgekozen, om vervolgens de rest van de mensheid in een eeuwige hel te doen of voor eeuwig verloren te laten gaan. Wij zijn slechts de voorlopers van het hele universum. Wij zijn van tevoren gekozen, opdat Hij ons kan inzetten als instrumenten, waardoor God Zijn plan en verlangen voor heel Zijn schepping compleet maakt. Ef.1:23
Deze plaats, we herhalen het, ontvangen wij helemaal uit God; niet door eigen inspanningen of onze eigen keuze. We kunnen zelfs niet zeggen, dat het geloof uit ons is, want dat geloof werd in ons hart bewerkt door de geest van God.
Alles is uit God, en dat zal ook wáár blijken te zijn als het om heel de mensheid gaat. Het zal God zijn die hen allen redt en alleen zo kan dat ook waar zijn.
De brieven van Paulus
Veel van onze problemen om Gods woord te begrijpen komen voort uit het feit, dat wij de Schrift wel lezen, maar vaak buiten de brieven van Paulus. Daardoor ontgaat ons wat het geheel van de waarheid van vandaag is.
In liefde vraagt God ons:
15 Beijver je jezelf beproefd voor God te stellen, als een niet te beschamen werker, die het woord van de waarheid recht snijdt. | NCV |
Wanneer we dit niet in acht nemen, zullen we in verwarring zijn en blijven, en ervaren we, dat dingen moeilijk te begrijpen zijn.
Alleen in de brieven van Paulus worden we meegenomen naar de top van Gods onthulling, want hij [Paulus] is het, die Gods woord compleet maakte. Kol. 1:25
Wij denken vaak, dat Genesis het begin, en het boek Openbaring het einde van Gods onthulling is. Maar dan zien we slechts een deel van Gods woord.
In de brieven van Paulus vinden we waarheid die verder gaat dan de beperkingen van de rest van de Schrift, zowel wat verleden als wat toekomst betreft. Alleen Paulus maakt duidelijk, dat alles uit God is en dat Hij alles naar Zichzelf terug zal brengen.
Wat is dit een geweldige onthulling!
In Romeinen 3:11 lezen we:
Maar omdat God het is, Die redt, en omdat alles uit Hem is, zal Hij ze allemaal redden, zonder uitzondering. God heeft dit zo gepland, en Hij wenst dit niet alleen, maar Hij wil dit ook doen. En Hij zal die wil volbrengen, omdat Hij ook bij machte is dat te doen.
In de voleinding zal niet alleen ons hart met grote dankbaarheid God lofprijzen, maar het hele universum zal ons bijvallen en meedoen in de verheerlijking van de God ‘uit Wie en door Wie en tot Wie het al is.’ Rom. 11:36
(Vertaald door: Date Gorter)